U bent niet afkomstig uit de sector: is dat een voordeel of een nadeel?
Thissen: "Het bestuur heeft een welbewuste keus gemaakt voor een onafhankelijke voorzitter. Natuurlijk zou je kunnen zeggen: hij kent de wereld van de goede doelen niet. Hij is onbekend met de ins en outs van specifieke organisaties. Maar ik zie vooral toch ook voordelen. Als relatieve buitenstaander beschik ik over kritische distantie ten opzichte van de sector. Daarmee maak je jezelf als voorzitter van een brancheorganisatie van landelijk wervende doelen voor de buitenwacht alleen maar geloofwaardiger."
"Ook bij Divosa kwam ik binnen als voorzitter, zonder directeur bij een sociale dienst te zijn geweest. Dat bevalt mij al zeven jaar zeer goed. Ik houd van de goede doelen sector, maar kan ook de kritische doorvrager zijn. Ik vertegenwoordig geen goed doel en hoef dus geen zaken met de mantel der liefde te bedekken. Ik wil graag zelfkritisch zijn."
De VFI wil de rol van het bureau verzwaren. Gaat u dus meer op afstand regeren?
Thissen: "Ik word als voorzitter bruggenbouwer, bijeenroeper en samenbinder. De directeur initieert, voert uit en is het hart van de brancheorganisatie. Wanneer nodig fungeer ik als klankbord. Namens de goede doelen en de mensen die in de sector werken, zal ik in voorkomende gevallen actief deelnemen aan de publieke discussie. Ik ga de onderlinge contacten van goede doelenorganisaties bevorderen en een oog gericht houden op Den Haag. Wat zijn de thema's die we als sector onder de aandacht van de politiek willen brengen? Ik zie het voorzitterschap van de VFI als een gezagvolle functie waar ik erg blij mee ben. Tijdens de vergadering ben ik bij acclamatie benoemd. Daar spreekt vertrouwen uit."
Welke onderwerpen hebben de komende periode uw aandacht?
Thissen: "Een aantal thema's zullen in de belangstelling blijven staan. Denk aan good governance, de code Wijffels. De verhouding overhead en gelden die werkelijk ten goede komen aan het goede doel, transparantie en directiesalarissen. Wat ik jammer vind is dat meestal naar goede doelen wordt gekeken met een financiële bril op. Hoeveel geld halen ze op en hoe zit dat met de salarissen? Ik wil wat balans in die discussie aanbrengen. Het is belangrijk om als sector ook over het voetlicht te brengen dat al die bestuurders en vrijwilligers zorgen voor een enorme sociale dynamiek. Dat besef ontbreekt een beetje. Terwijl de sector enorm belangrijk is voor de sociale slagkracht van Nederland."