Ranglijstgeklungel

10 november 2010
Opinie | | (Social) Impact

De onlangs in Trouw gepubliceerde "Top 50" van effectiefste goede doelen is een regelrechte aanfluiting. Die ranglijst en de berichtgeving eromheen rammelt als een roestige melkemmer. Trouw ontleent haar gegevens aan "onderzoek" van het CIGD en het ECSP. Beide organisaties baseren zich weer op vrijwillig ingevulde enquêtelijsten, die maar door een zéér beperkt deel uit de CIGD-database (claim: 9.000 goede doelen) is ingeleverd. Maar erger nog is dat niet eens de daadwerkelijke impact is gemeten, maar enkele criteria die deze impact voorspellen. Terecht stelt de VFI in een verklaring dat dat wel een erg magere methologische basis is voor de met veel aplomb aangekondigde "Top 50". Het is een gotspe dat de Hartstichting, die als eerste goede doel in Nederland diepgaand wetenschappelijk onderzoek heeft laten verrichten naar haar maatschappelijke impact (notabene door de nu voor ECSP werkzame onderzoekster dr. Karen Maas!), wordt weggezet als middenmoter en ‘bedrijf'. Een organisatie die in 25 jaar jaarlijks voor 505 miljoen euro bijgedragen heeft aan de daling van de maatschappelijke kosten van hartinfarcten komt lager uit dan een - met alle respect - perifere patiëntenvereniging? Deze ranglijst schiet zichzelf niet in de voet, maar rechtstreeks tussen de ogen. Dit is ongehoord broddelwerk dat - ongetwijfeld met goede bedoelingen - allerlei reputaties onnodig te grabbel gooit.