Op donderdag 22 november was de allereerste ‘Civil Power’, ambitieus gepresenteerd als ‘de nieuwe jaarlijkse krachtmeting van de filantropie’. In De Balie werd gesproken, geluisterd en gedebatteerd door bijna 200 vertegenwoordigers van een sector ‘met een chronisch gebrek aan zelfvertrouwen, terwijl er zóveel goed gaat.’ Mooie cases en levendig debat: er viel genoeg te beleven voor alle geledingen van de filantropie in de ruimste zin des woords. Bottom line: minder angstig en op-de-regels, meer samenwerking en verbinding. Een overvol programma, aansprekende presentaties, af en toe een prikkelend debat.
Prima sprekers en mooie debatjes
Dagvoorzitter Jeroen Smit (journalist en auteur van ondermeer ‘De Prooi’ over het ABN-AMRO-debacle) hield de vaart er lekker in. Hoogtepunt was natuurlijk de bekendmaking van de nieuwe nummer 1 van de DDB Top 100 van de Filantropie. Bewust losjes geformuleerd als: de 100 ‘invloedrijkste spelers’ in het brede veld van de filantropie. Vrijwel de hele sector en alle aanverwante organisaties/bedrijven/initiatieven kwamen voorbij, bij die lijst van 100 ‘invloedrijksten’. Maar er is maar één nummer 1 en dat was Tom Oostrom, directeur van de Nierstichting.
Terechte Nummer 1: Tom Oostrom (Nierstichting)
De winnaar van vorig jaar, Laurentien van Oranje, las het verkorte juryrapport voor en prees Oostrom en de Nierstichting voor hun gedurfde nieuwe initiatief om te komen tot een draagbare kunstnier. Daarbij komt hun actieve aandeel in de ontwikkeling van de ‘regeneratieve geneeskunde’, zodat organen, zoals een zieke nier, in het lichaam weer kan worden opgebouwd. Dit alles om de slopende dialyse uiteindelijk overbodig te maken: een missie die vleugels kan krijgen door participatie in het nieuwe bedrijf Regmed XB, waarin de Nierstichting met enkele andere gezondheidsfondsen, bedrijven, overheden en wetenschappers gezamenlijk hun expertise delen. Maar nauwe, doelgerichte samenwerking van een klassiek ‘goed doel’ met partijen uit de breedte van de samenleving – overheid, bedrijsfleven, wetenschap en filantropie - dat is helaas nog geen gemeengoed.
Ook donateurs werken graag mee aan innovatie
Directeur Tom Oostrom (ooit begonnen als verpleegkundige, dus vanuit ervaring met de directe situatie van de patiënt): ‘Gezondheidsfondsen investeren traditioneel immense bedragen in fundamenteel onderzoek. Heel goed, dat moet ook. Maar we laten kansen liggen die direct verbetering kunnen opleveren voor de eerst belanghebbenden: de patiënten. We zijn nog te aarzelend om geld te steken in innovatie.’ Dat laatste betekent wel dat je iets uit te leggen hebt aan je trouwe achterban. Oostrom: ‘Natuurlijk moet je ook je donateurs meenemen in zo’n ambitieus traject. En dan blijkt dat ze er graag aan bijdragen!’
Bevlogen mini-TEDex
Celbioloog prof. Clemens van Blitterswijk, zette als inleiding op een panelgesprek over de kansen en bedreigingen van innovatieve samenwerkingen, in een mini TEDex bevlogen de Regmed XB-casus neer. In dat panelgesprek met Oostrom als vertegenwoordiger van de goede doelen, Van Blitterswijk namens de wetenschap, biotech-ondernemer Hans Schikan namens het bedrijfsleven en Bertholt Leeftink (de hoogste innovatieambtenaar op EZ), werden de kansen en bedreigingen van nieuwe allianties zoals Regmed XB afgewogen. Belangrijkste les ook hier: als je de missie centraal stelt, kunnen veel moeilijkheden overwonnen worden.
Dodelijke regeltjes in een Haagse wijk
Marc van den Tweel (voorzitter van de programmacommissie van Civil Power) hekelde in zijn welkomstwoord de angst die de filantropie in haar greep houdt: ‘We zijn een sector geworden van checklists en veiligheid, van afvinken en regeltjes. Heel begrijpelijk, na de terechte roep om transparantie en impact, maar we houden onszelf nodeloos klein.’
Ter illustratie hield de Lisa Jordan (bekend van o.a. Bernhard van Leer Foundation, Porticus en tegenwoordig zelfstandig consultant) een lekker nijdige speech over hoe ‘De Regels’ haar wijk (de Amerikaanse Jordan woont al geruime tijd in Den Haag) muilkorven. Een klein parkje werd jarenlang tot ieders plezier intensief gebruikt door de kinderen uit de buurt.
Maar opeens kwamen er ‘nieuwe regels’ en nu is het parkje afgesloten. Door niemand meer gebruikt. Zelfs een initiatief van Jordans 15-jarige zoon (koester zulke pubers, gemeente Den Haag!) mocht niet baten. ‘Hij werd doorverwezen naar een onvindbaar kopje Burgerinitiatief ergens op de gemeentelijke website.’
En dan straks verbaasd zijn dat jongeren zich niet verbonden voelen met politiek… Jordan: ‘Zomaar een voorbeeld van vervreemding, van grotere structuren die ons gevoel van belonging langzaam ondergraven. En dat is dodelijk voor de civil society en alle power die burgers in zich hebben. Een verlies van social capital.’
Daar was-tie weer: De Millennial
Iedereen is op zoek naar verbinding met de millennials en daarom kwam Boudewijn Wijnands (mede-oprichter en ceo van vrijwilligersmobilisatie-platform Deedmob) nog maar weer ’s uitleggen dat millennials best willen werken aan een betere wereld. Sterker nog: velen van hen zijn juist erg idealistisch. Maar vaste verbanden, lidmaatschappen en langdurige verbintenissen: nee. Ook gewoon alleen maar geld geven, is niet geliefd bij jongeren. Iets ervaren, zelf je leven verrijken, je skillsinzetten terwijl je een groter doel steunt: in die richting moeten organisaties het zoeken. En gevoelig voor merken zijn ze óók al veel minder, dus dat is even slikken voor de traditionele goede doelen, die juist tientallen jaren hebben geïnvesteerd in Het Merk. Terechte kanttekening in de zaal: ‘Dit gaat wel over de hoger opgeleide millennials, de rest is helemaal niet zo.’
Civil Power
Vossen onderzocht voor haar proefschrift de strekking van krantennieuws over armoede én de communicatie van goede doelen (Framing Global Poverty). Conclusie: de ngo’s schetsen een nodeloos zwart beeld ‘omdat dat meer geld oplevert’ en de media volgen die negatieve toonzetting klakkeloos. ‘Terwijl het op allerlei terreinen juist steeds beter gaat! Maar dat verkoopt niet.’ Media moeten meer zaken ‘in hun context plaatsen’ en ‘het grotere plaatje’ schetsen.
Schimmelpenninck: ‘Mensen zijn nu eenmaal gericht op sensatie, dus iedereen zal altijd meer oog hebben voor het verschrikkelijke/ongelofelijke/gruwelijke.’
De media hebben natuurlijk gewoon tot taak om alle bronnen (dus ook die van goede doelen) kritisch te beoordelen, vond iemand in de zaal. ‘Dus klakkeloos volgen? Daar is al tientallen jaren geen sprake meer van.’
Taselaar: ‘Onze taak is alleen maar zwaarder geworden omdat we steeds meer moeten met steeds minder mensen. Door die druk bestaat soms de kans dat onze kritische kant te weinig uit de verf komt. Maar we zitten er bovenop.’
Wat wel werkt weet elke fondsenwerver: creatief, toegankelijk en zorgvuldig communiceren over de urgentie van een bepaalde zaak. En altijd een handelingsperspectief en context bieden. Niet ellende verkoopt, maar emotie. En die emotie hoeft echt niet altijd tranentrekkend te zijn.
Civil Power 2018: dialoog, debat en ‘power boost’
De media hebben het weer gedaan…
In een bijeenkomst over filantropie kunnen ze niet ontbreken: de media. En ze waren er: Sander Schimmelpenninck (hoofdredacteur Quote) en Harm Taselaar (hoofdredacteur RTL Nieuws) mochten onderzoeker/journalist dr. Mirjam Vossen pareren.Vossen onderzocht voor haar proefschrift de strekking van krantennieuws over armoede én de communicatie van goede doelen (Framing Global Poverty). Conclusie: de ngo’s schetsen een nodeloos zwart beeld ‘omdat dat meer geld oplevert’ en de media volgen die negatieve toonzetting klakkeloos. ‘Terwijl het op allerlei terreinen juist steeds beter gaat! Maar dat verkoopt niet.’ Media moeten meer zaken ‘in hun context plaatsen’ en ‘het grotere plaatje’ schetsen.
Media: alle propaganda wantrouwen
Dat riep wat irritatie op bij de media-mannen en de zaal. ‘Nieuws is wat afwijkt van de dagelijkse gang van zaken. Dat is en blijft zo.’ En te horen krijgen wat je moet, daar is de vrije pers nooit dol op. Taselaar: ‘Ik wantrouw elke propaganda en geen enkele RTL-journalist moet ooit ambassadeur van een goed doel worden.’Schimmelpenninck: ‘Mensen zijn nu eenmaal gericht op sensatie, dus iedereen zal altijd meer oog hebben voor het verschrikkelijke/ongelofelijke/gruwelijke.’
De media hebben natuurlijk gewoon tot taak om alle bronnen (dus ook die van goede doelen) kritisch te beoordelen, vond iemand in de zaal. ‘Dus klakkeloos volgen? Daar is al tientallen jaren geen sprake meer van.’
Taselaar: ‘Onze taak is alleen maar zwaarder geworden omdat we steeds meer moeten met steeds minder mensen. Door die druk bestaat soms de kans dat onze kritische kant te weinig uit de verf komt. Maar we zitten er bovenop.’
Ellende verkoopt niet, oprechte emotie wél
Opmerkelijk was het wel, dat Vossen ervan uitging dat ‘slecht en alarmerend’ nieuws brengen over grote problemen, goed zou zijn voor de fondsenwerving van goede doelen. Uit heel veel (met name Brits) onderzoek blijkt dat die relatie niet zo simpel te leggen valt. Alleen maar ellende laten zien en het schuldgevoel aanspreken, werkt aantoonbaar niet. Alleen maar blije kindjes dansend rondom een nieuw ziekenhuisje óók niet.Wat wel werkt weet elke fondsenwerver: creatief, toegankelijk en zorgvuldig communiceren over de urgentie van een bepaalde zaak. En altijd een handelingsperspectief en context bieden. Niet ellende verkoopt, maar emotie. En die emotie hoeft echt niet altijd tranentrekkend te zijn.