In opdracht van de suprakoepel Samenwerkende Brancheorganisaties Filantropie (SBF) deed Suzette de Boer onderzoek naar de maatschappelijke waarde van de filantropische sector. Het rapport ‘De maatschappelijke waarde van meedenken, meedoen en geven’ past in een trend van een (voorzichtig) groeiend zelfvertrouwen en zelfbewustzijn van de filantropische sector.
Suzette de Boer (foto) was onder andere directeur van de Vereniging Fondsen in Nederland (FIN) en is nu zelfstandig adviseur binnen de sector. Ze heeft de nodige rapporten doorgenomen en een groot aantal betrokkenen geraadpleegd en het resultaat is een gedegen onderzoek dat heel duidelijk de waarde van maatschappelijk initiatief in kaart brengt. Daarbij is ‘waarde’ gelukkig veel ruimer gedefinieerd dan een simpel geldbedrag.
Driestromenland
Het rapport begint met een korte introductie in de sector die voornamelijk wordt ingedeeld in geldwervende fondsen of goede doelen, vermogensfondsen en kerkgenootschappen. Precies de drie groeperingen die vertegenwoordigd zijn in SBF. Ik denk dat de sector nog wel wat breder is en ook diverse andere groepen omvat, zoals corporate foundations, vriendenstichtingen van maatschappelijke instituten als Universiteiten of ziekenhuizen en zelfs politieke partijen hebben ook de ANBI-status en werven fondsen. Iets dat hen nog wel eens wat meer onder de neus mag worden gewreven.
Actief burgerschap
Het tweede hoofdstuk gaat over het belang van particulier maatschappelijk initiatief en dit uit zich in geven, vrijwilligerswerk en actief burgerschap. Bij geven wordt natuurlijk het bekende VU-onderzoek Geven in Nederland aangehaald (in 2018 voor €5,7 miljard) maar ook de motieven achter het geven en de waarde die het geven heeft voor het bevorderen van sociale cohesie. Vrijwilligerswerk wordt door bijna de helft van de bevolking gedaan. De waarde hiervan ligt in persoonlijk welbevinden van de vrijwilliger maar vergroot zeker ook de legitimiteit van organisaties. Schattingen in geld lopen uiteen van €6 tot €26 miljard per jaar, wat aangeeft dat de impact waarschijnlijk nog een stuk groter is dan het geven van geld. Ten slotte wordt aandacht besteed aan actief burgerschap, dat vooral lokaal en informeel gestalte krijgt maar zeker toeneemt, bijvoorbeeld rond thema’s als duurzaamheid, energie en zorg.
Onafhankelijke civil society
Het derde hoofdstuk gaat over het belang van een onafhankelijke civil society, die de lijm moet zijn die publieke en particuliere activiteiten verbindt, zo citeert het rapport een document van het World Economic Forum uit 2013. Die civil society heeft verschillende rollen die ogenschijnlijk wel eens tegengesteld kunnen zijn. Aan de ene kant samenwerken en verbinden en aan de andere kant een tegenkracht vormen door pleitbezorging en belangenbehartiging en agendering van zaken die verbetering behoeven. Dat is in mijn ogen misschien wel de belangrijkste rol (en voortreffelijk belicht door collega DDB Expert ‘Legal & Finance Ineke Koele!) voor onze sector en daar komt dan nog bij het vermogen om te innoveren en risico’s te nemen.
Brede verkenning
Verkenning is een goed woord voor dit rapport, het onderwerp is heel breed en over ieder deel op zich kan nog veel meer worden gezegd. Hoewel in het eerste deel de waarde van geven van geld en tijd wordt besproken ligt de nadruk op meer kwalitatieve aspecten als de waarde van vrijwilligerswerk en actief burgerschap en het belang van een sterke civil society. Ook goed dat de rol van de kerken zo expliciet wordt benoemd, want die lopen daar zelf niet zo mee te koop maar doen veel goed in relatieve stilte.
Opvoeding
Waarom dit onderzoek? Dat staat er niet zo expliciet in. Veel van wat in het rapport staat is voor mensen uit de sector vanzelfsprekend, maar dat geldt nog niet voor de rest van Nederland. Met name de media en politiek verdienen nog wat ‘opvoeding’ als het gaat om het belang van maatschappelijk initiatief en filantropie. Belangenbehartiging begint altijd met het doen van je huiswerk en data en argumenten verzamelen. Vervolgens moet je daarmee de boer op om de sector actief te promoten. De afzonderlijke goede doelen zijn daar soms heel succesvol in en het rapport noemt een aantal voorbeelden waarbij de achterbannen zijn gemobiliseerd om aandacht te trekken en bepaalde vraagstukken te agenderen. Als branche zijn we daar naar mijn mening nog wat te bescheiden in, al is het wel an het verbeteren, getuige de lobby rond de Telecomwet en diverse acties richting de verkiezingsprogramma’s van politiek partijen.
Auteur Marc Wortmann is zelfstandig adviseur en tevens aan De Dikke Blauwe verbonden als Expert Onderzoek en als programma-manager van het Corporate Foundations Forum.
Wilt u meer bijdragen van zijn hand lezen? Klik hier.
Wetenschap & Onderzoek