Mardjan Seighali: ‘Overheid moet nu regie pakken voor snelle integratie’

Mardjan Seighali: ‘Overheid moet nu regie pakken voor snelle integratie’
Mardjan Seighali: ‘Overheid moet nu regie pakken voor snelle integratie’
10 december 2015
Opinie | | Organisatienieuws

door Mardjan Seighali
 
‘Vluchtelingen dreigen onderklasse te worden’, schreef de Volkskrant op 5 januari. Niet voor niets heet het onderzoeksrapport waar dit artikel naar verwijst ‘Geen tijd te verliezen’. Als de samenleving en de overheid nu niet investeren in de integratie van vluchtelingen, zo benadrukken drie invloedrijke onderzoeksinstellingen (het SCP, het WODC en de WRR), dan zullen nieuwkomers aan de zijlijn blijven staan. Met alle gevolgen van dien.  
 
Dit sombere scenario  kan zo maar realiteit worden. Maar dat hoeft niet als de overheid de regie pakt en van het integratievraagstuk een ‘Chefsache’ maakt. Direct na de zomer, toen de vluchtelingenstroom groter werd, heeft de regering het initiatief genomen voor een nationaal actieplan dat moet zorgen voor snelle integratie via studie en werk.  Tegelijkertijd hebben we gezien dat de asielprocedure steeds langer duurt, de wachttijd voor huisvesting toeneemt en gezinshereniging is uitgesteld.  Zonder verblijfsvergunning, adequate huisvesting en een stabiele situatie kunnen vluchtelingen niet inburgeren. Dat is voor de vluchteling en de samenleving zeer onwenselijk: alle belemmeringen die de integratie in de weg staan moeten nu in snel tempo worden weggenomen, om te voorkomen dat er een verloren generatie ontstaat. Neem de lange wachtlijsten bij de IND; momenteel moeten asielzoekers tot 12 maanden wachten voordat ze met de inburgering kunnen starten. 
 
De reactie van Minister Asscher op het onderzoeksrapport (Volkskrant, 5 januari), is bemoedigend. Hij vond het een ‘waardevol onderzoek’ en zegt dat ‘de essentie door het kabinet nu wordt toegepast op de huidige groep vluchtelingen’. De praktijk laat echter zien dat de aanpak van het kabinet op een aantal punten nog stevige aanvulling behoeft. 
 
Lees hier het hele opinieartikel van Mardjan Seighali, directeur van het UAF.
 
UAF