Civil Society Congres
Het publiciteitsoffensief van het KGD begon twee weken geleden voorafgaande aan en tijdens het Civil Society Congres op 20 mei. Het nieuwe keurmerk had een eigen zaaltje in Spant in Bussum gehuurd om daar in de koffiepauze van het congres aan vijftien goede doelenorganisaties het keurmerk te overhandigen. Daartoe was Civil Society-key note Bert Koenders bereid gevonden. De oud-minister van Ontwikkelingssamenwerking was zich pas laat bewust van de commotie die zijn aanvaarding van deze uitnodiging binnen de sector zou opleveren ("ik wist niet in welk wespennest ik me stoken had").
Landelijke pers
Het KGD had inmiddels voor haar streven naar modernisering van het huidige CBF-regime ook de landelijke pers geïnteresseerd. Behalve het ANP, Radio 1, besteedden o.a. dagblad Trouw ("Aanval op keurmerk goed doel") en de Volkskrant ("Prestaties goed doel meten") aandacht aan de keurmerkperikelen.
‘Toevalstreffer'
In de uitnodigingsbrief aan CBF-Keurhouders en CBF-Certificaathouders van 27 mei motiveren Helmer en Hartman de introductie van het KGD als volgt: "Zonder goed inzicht in de prestaties en de factoren die bepalend zijn voor de prestaties is het voor GDO's onmogelijk om de prestaties op een gestructureerde manier te optimaliseren. Dus zonder goed inzicht is een optimale prestatie een toevalstreffer. Vertrouwen op toevalstreffers is te gek voor woorden voor een sector waar burgers en bedrijven jaarlijks circa 4 miljard euro aan schenken."
Vruchteloze pogingen
Helmer en Hartman schetsen in de brief vervolgens hun zienswijze op de uiteindelijk vruchteloze pogingen om het CBF te overtuigen. "Gezien het belang van prestaties en inzichtelijkheid van prestaties" werd ervoor gekozen een eigen keurmerk te ontwikkelen."
Als toelichting op het KGD stellen de briefschrijvers: "Het Keurmerk Goede Doelen kent een 8-tal criteria, waarvan 4 criteria betrekking hebben op het behoorlijk inzichtelijk maken van de prestaties van GDO's. Dus niet op de prestaties zelf. Zolang GDO's hun prestaties niet behoorlijk inzichtelijk maken, is het onmogelijk om op prestaties te keuren. Door in eerste instantie te keuren op de mate waarin GDO's hun prestaties behoorlijk inzichtelijk maken, worden GDO's gestimuleerd om dit inzicht te geven. Op het moment dat een redelijk aantal GDO's dit doet, zullen we onze criteria aanpassen en dus de prestaties zelf gaan keuren."
"Geen goede zaak"
Helmer en Hartman betreuren zelf het bestaan van twee keurmerken naast elkaar: "Iedereen, ook het ISF en de SNGDT, is het erover eens dat twee keurmerken naast elkaar voor GDO's geen goede zaak is. Het ISF en de SNGDT zeggen de Nederlandse goede doelen sector daarom toe dat op het moment dat het CBF prestaties en het inzichtelijk maken van prestaties een prominente plaats in het CBF-Keur heeft gegeven, en nadat het CBF nog enkele andere aspecten van het CBF-Keur heeft gemoderniseerd, het Keurmerk Goede Doelen zal worden opgeheven."
Interview Kemps in FM
Dat die opheffing voorlopig nog niet in zicht is, blijkt uit de volgende passage:
"Het probleem is echter dat het CBF niet laat blijken dat ze prestaties en het inzichtelijk maken van prestaties een prominentere plaats in het CBF-Keur wil geven. Sterker nog, uit het recente interview met Adri Kemps in FM blijkt dat het CBF niets aan het CBF-Keur wil veranderen. Het gezegde 'waar een wil is, is een weg' lijkt aan het CBF niet besteed. Het zou natuurlijk ook zo kunnen zijn dat bij het CBF de wil niet aanwezig is om het CBF-Keur aan te passen aan de eisen die de sector en de maatschappij anno 2010 aan een keurmerk voor goede doelen organisaties stellen."
VFI "afzijdig"
Helmer en Hartman verwijten branchekoepel VFI afzijdigheid in de kwestie: "Pogingen van individuele CBF-Keurhouders om het CBF tot modernisering aan te zetten hebben tot op heden tot niets geleid. De VFI, met 120 CBF-Keurhouders als lid en met 2 vertegen-woordigers in het CBF bestuur, is bij uitstek de partij om het CBF te bewegen tot modernisering. Echter de VFI heeft zich de afgelopen jaren afzijdig gehouden van de gesprekken tussen het CBF enerzijds en het ISF en de SNGDT anderzijds. De voorzitter van de VFI (Joop Daalmeijer, red.) heeft in zijn nieuwjaarstoespraak gezegd dat de VFI zich vanaf 2010 actief gaat inspannen om te komen tot één kwalitatief goed keurmerk voor goede doelen. Tot op heden heeft de VFI helaas niets gedaan, althans niet waarneembaar voor ons."
"Enige overgebleven route"
Helmer en Hartman suggereren dat er licht schijnt tussen de houding van de VFI en haar leden: "Uit onze gesprekken met directeuren van CBF-Keurhouders weten we dat veel directeuren liever hadden gezien dat het CBF, het ISF en de SNGDT er indertijd uit waren gekomen. Zodat dit 'gedoe' met twee keurmerken niet nodig was geweest. Echter wij hebben ons tot het uiterste ingespannen. Boele Staal en Wim Jacobs, die aan een aantal van onze gesprekken met het CBF deelnamen, kunnen dit beamen. Het aanvragen van het Keurmerk Goede Doelen door CBF-Keurhouders is de enig overgebleven route om tot één modern keurmerk voor goede doelen organisaties te komen. Zo'n modern keurmerk is cruciaal voor het draagvlak in de samenleving van GDO's. Maar een modern keurmerk is ook cruciaal voor GDO's zelf, want het is niet uit te leggen dat een GDO een halve FTE aan de slag heeft voor een keurmerk.
Wij hopen dat we u overtuigd hebben en dat uw organisatie het Keurmerk Goede Doelen voor de zomervakantie gaat aanvragen. Voor de goede orde herhalen wij onze belofte: op het moment dat het CBF-Keur is gemoderniseerd, heffen wij het Keurmerk Goede Doelen op."
Reactie VFI
Branchekoepel VFI reageerde direct al op 27 mei op de uitnodiging van het KGD aan de CBF-Keurhouders en CBF-Certificaathouders en een artikel in Trouw over de kwestie: "Vandaag hebben alle houders van het CBF-keurmerk een brief ontvangen met het verzoek het 'andere' keurmerk aan te vragen. De bedoeling van de initiatiefnemers is om hiermee druk uit te oefenen om het huidige CBF-keurmerk aan te passen.
VFI vindt het jammer dat deze weg wordt gekozen. Er zijn met het CBF afspraken gemaakt voor evaluatie van het huidige keurmerk. Die evaluatie vindt dit jaar plaats. Dit biedt ruimte om in het najaar beslissingen te nemen over eventuele aanpassingen. Daarbij gaat zeker aandacht uit naar verbetering van de transparantie van resultaten. VFI roept partijen op om de bereidheid te tonen er in goed overleg uit te komen en na de zomer te bekijken hoe dit concreet moet worden vormgegeven... Naar de mening van VFI is er in de sector geen behoefte aan twee keurmerken. Dat schept verwarring en vermindert de gewenste en noodzakelijke transparantie in de sector."
Keurmerk
VFI stelt in haar verklaring verder: "Enkele jaren geleden heeft VFI intensief gewerkt aan vernieuwing van het CBF-keurmerk. Op initiatief van de VFI is de Code Goed Bestuur voor Goede Doelen (Code Wijffels) opgesteld, met daarin criteria voor goed bestuur. De Code Wijffels is zeer zorgvuldig tot stand gekomen, ook de stem van de donateur is hierin gehoord. In 2007 is de Code Wijffels vervlochten met het CBF-keur. Eind 2008 hebben de VFI-leden het gemoderniseerde CBF-keur als hun nieuwe standaard voor een ‘goede' goededoelenorganisatie aanvaard."
"Niet verder dan CBF"
VFI stelt dat het nieuwe KGD juist minder ver gaat dan het huidige CBF-Keur: "Het nieuwe keurmerk bevat op een aantal onderdelen aanzienlijk minder vergaande toetsingscriteria dan het CBF-keurmerk. Volgens de initiatiefnemers zou het nieuwe keurmerk zijn bestaansrecht vooral ontlenen aan toetsing op duidelijkheid over de effectiviteit van een goed doel. Ook hierin lijkt het nieuwe keur echter niet verder te gaan dan het bestaande CBF-keur. Niettemin zal VFI haar best doen om tot een stelsel van controle op goede doelen te komen dat passend is voor alle goede doelen en duidelijkheid biedt voor publiek en donateurs."
Wordt ongetwijfeld vervolgd.