Juryrapport nummer 1 van de DDB100 (2020-2021)

Juryrapport nummer 1 van de DDB100 (2020-2021)
Juryrapport nummer 1 van de DDB100 (2020-2021)
12 november 2020

Bij de bekendmaking van de nieuwe nummer 1 van de DDB100 hoort ook het rapport dat de jury vrijgaf. Hierin wordt beargumenteerd waarom Michael Rutgers, directeur Longfonds, de opvolger wordt van Adriana Esmeijer als 'invloedrijkste persoon in de Nederlandse filantropiewereld.'

Nummer 1 van de DDB100, editie 2020-2021:
Michael Rutgers

Directeur - Longfonds
Verbinder, vernieuwer, aanjager
 
Winnaars van de jaarlijkse ranking DDB100 van ‘invloedrijkste personen in de Nederlandse filantropie’ komen niet uit de lucht vallen. Het zijn niet de eendagsvliegen of gehypten, maar de influentials met doorgaans een lange staat van dienst in Het Land van Goed Doen. Zij hebben over een langere periode een consistente bijdrage geleverd aan ‘een’ of ‘de’ goede zaak; zijn daarbij vernieuwend geweest, hebben aantoonbare maatschappelijke impact gecreëerd en hebben anderen in de sector daardoor geïnspireerd.
Aan al deze criteria heeft de nieuwe nummer één van de DDB100, editie 2019-2020, ruimschoots voldaan. Michael Rutgers, directeur van het Longfonds, die in alle voorgaande edities al hoge noteringen kreeg, komt volgens de jury deze eer nu toe.
 
Michael Rutgers is al sinds 2006 directeur van het Longfonds, dat destijds nog Astma Fonds heette. We zeggen ‘directeur’, maar zo ziet Rutgers zich niet. Hij noemt zichzelf meer een ‘opinion leader’, een aanjager en een verbinder. Die karakterisering heeft alles te maken met Rutgers’ visie op de rol en betekenis van civil society-organisaties, zoals ‘zijn’ Longfonds. Dat is geen recent gedachtengoed. Al in 2015 brak Rutgers, destijds voor de camera’s van DDB’s voorloper Filanthropium, een lans voor de transitie van ‘goede doelen’ naar maatschappelijke actoren. Rutgers vindt dat actieve burgerorganisaties voor het oplossen van vaak complexe ketenproblemen (en daartoe behoren ‘gezondheid’ en ‘schone lucht’ zeker) hun specifiek sterkten moeten inzetten en hun rol opeisen naast overheid en bedrijfsleven. Die ‘triple helix-gedachte’ vraagt wel een mate van zelfbewustzijn, moed en leiderschap, zeker omdat ‘filantropie’ toch vaak nog wordt gezien als een goedbedoelde hobbycorner voor het private initiatief. 
Niemand heeft Rutgers echter tot nu toe kunnen betrappen op een ‘Calimero-complex’. Zijn natuurlijke gebrek aan ontzag voor autoriteit-om-de-autoriteit, speelt daarbij zeker mee. Als voorman van het Longfonds eist hij op een besliste en natuurlijke wijze een leidersrol op, ook in de breedte als voorzitter van de Samenwerkende Gezondheidsfondsen (SGF), die Rutgers vergelijkt met een grote golf: daarop samen surfend ontwikkel je meer massa, kracht en richting, dan solo op je eigen boardje…
 
Triple helixer
Als geen ander weet Rutgers echter dat, indachtig de triple helix-benadering, paradigmaverschuivingen - een wereld waar iedereen vrij kan ademhalen bijvoorbeeld - alleen mogelijk zijn in samenspraak met álle stakeholders. Constructief overleg met de overheid en het bedrijfsleven is daarom een spel van geven en nemen dat voorbij de clichérol van een uitsluitend agerende en protesterende burgerclub gaat: het is mooi als duidelijk is waar je tégen bent, maar welke oplossingen heb je vervolgens? Het vereist een juiste balans tussen politieke behendigheid enerzijds en zwaar op de missie sturende stevigheid anderzijds, want in de triple helix kun je ook snel je unieke karakter inleveren door eindeloze compromissen.
Rutgers begrijpt dat de lijn naar zijn missie geen rechte kan zijn. Dat bleek wel tijdens de onderhandelingen van het nationale Preventieakkoord, waaraan hij, mede namens de SGF een heel belangrijk aandeel leverde. De ‘suikertaks’ bijvoorbeeld, die in andere landen effectief gebleken beprijzing van ongezonde voedselproducten, is voor nu even weggelobbyd door de voedselindustrie dat Preventieakkoord, maar Rutgers ziet dat het tij keert en dat die taks er uiteindelijk echt wel gaat komen.
Structureel veranderen doe je met een heldere strategie. Rutgers weet dat het draagvlak in de samenleving voor zijn organisatie, zo’n kwart miljoen mensen die zich verbonden weten op het thema gezonde longen en lucht, een factor van invloed kan zijn in de politieke beslismacht in Den Haag. Door zijn ‘aanhang’ als een politicus te mobiliseren als deel van het electoraat, gaan er opeens deuren open die eerder gesloten bleven. Ontstaat er een duwkracht die enorm effectief blijkt te zijn. Toen een campagne van Longfonds samen met Hartstichting en KWF Kankerbestrijding meer dan vijftig procent van de schoolpleinen daadwerkelijk rookvrij had gemaakt, kon de landelijke invoering bij wet volgen. Zo werkt een democratie.
 
Schaker
Dat schaken op Haagse borden ook vraagt om doorzettingsvermogen bewijst Het Schone Lucht Akkoord dat begin 2020 werd getekend door minister Stientje van Veldhoven met 36 gemeenten en negen provincies. Rutgers en zijn Longfonds stonden al in 2016 met een Amersfoortse schoolklas, en met steun van artsen en andere patiëntenorganisaties, op de stoep van de Tweede Kamer om een petitie aan te bieden. Daarin riepen ze de politiek op met een nieuw nationaal luchtkwaliteitsplan te komen, waarin gezondheid centraal staat. Vier jaar later lag er Het Schone Lucht Akkoord. ‘Samen hebben we ervoor gezorgd dat gezonde lucht nu op de kaart staat’, zei Michael Rutgers daarover, ‘Het is onacceptabel dat zoveel mensen ziek worden of overlijden door de lucht die ze inademen. Wat ons betreft kan het dan ook niet snel genoeg gaan.’
 
Dat Rutgers ook een snelschaker kan zijn, bewees hij tijdens de coronacrisis. In maart 2020 nam hij samen met de Long Alliantie Nederland direct het initiatief voor het ‘Corona Longziekten Actieplan’. Met hulp van Zilveren Kruis werd in korte tijd het digitale platform Coronalongplein in de lucht gebracht. Het moest een plek voor digitale zorg voor coronapatiënten worden, waar ze zich gehoord, gesteund en geadviseerd voelden. Het bleek een doorslaand succes. En de lessen uit deze pandemiesnelkookpan worden meegenomen naar alle mensen met een longziekte. 
 
Om impact te hebben is het niet alleen noodzakelijk je te laten horen in de Hofstedelijke beslismacht , maar ook in de for profit-wereld. Onder Rutgers leiding is het Longfonds een aantal samenwerkingen aangegaan met bedrijven die een bijdrage kunnen leveren aan de schone lucht- en gezondheidsdoelstellingen. Niet door platte sponsorships, maar bijvoorbeeld door hun technologie en bereik onder consumenten beschikbaar te laten stellen, zoals in het geval van Philips: maker van medische apparatuur, maar ook van producten voor een gezond binnenmilieu in gebouwen.
Rutgers is daarbij waakzaam voor allerlei greenwashing-effecten en verlies van eigenheid: hij moet het aan zijn achterban snel en simpel kunnen uitleggen. Kan dat niet, dan gaat het feest niet door.
 
Ondernemer
Buiten gebaande goede doelenpaden treden betekent ook dat je zelf een rol pakt als ondernemer. Toen Rutgers zag dat er, bijvoorbeeld in vergelijking met kankeronderzoek, op longgebied veel te weinig wetenschappelijke oplossingen naar de patiënt werden gebracht, bedacht hij een oplossing. Hij richtte Lunghealth BV op: een bedrijfje vanwaaruit andere startups kunnen groeien rondom patenten op longgebied. Het Longfonds stelt haar kennis en netwerken ter beschikking om niet aan deze startup-generator. Dat geldt ook voor de patenten en intellectuele eigendommen die voortkomen uit het door Rutgers’ Longfonds opgezette Accelerate-onderzoek: een unieke krachtenbundeling van longartsen, immunologen en stamcelbiologen uit Nederland, Engeland, Duitsland, België, de Verenigde Staten en Australië. Samen met professor Hans Clevers van het Hubrecht Instituut en dr. Hermelijn Smits van de Universiteit Leiden bracht Rutgers met zijn Longfonds de internationale experts samen in twee afzonderlijke onderzoeksteams - astmapreventie en herstel van beschadigd longweefsel - met één opdracht: werk vanaf nu onder regie van het Longfonds intensiever dan ooit samen om de beslissende doorbraak binnen zeven jaar mogelijk te maken.
 
Doener-denker
En zo heeft Rutgers met zijn team verstrekkende consequenties getrokken uit de wens om de impact voorop te stellen. Niet alleen vervagen daardoor de traditionele grenzen tussen het Land van Goed doen en het Koninkrijk der Nederlanden, maar ook die tussen Nederland en de rest van de wereld. De oplossingen overstijgen nationalisme en protectionisme.
 
Natuurlijk heeft Rutgers al deze karretjes niet helemaal alleen uit de modder getrokken. Het is een teamprestatie van het gehele Longfonds, maar om die te kunnen leveren, moet er ook een team staan dat bereid en in staat is om Rutgers’ ambities te volgen. En dat laatste is wel een soloprestatie. Door zijn stijl van leiderschap (niet-hiërarchisch, laagdrempelig en ‘manager by Starbucks’) maar ook door zijn persoonlijke gedrevenheid weet Rutgers ‘zijn’ mensen te overtuigen en mee te krijgen. Het is een leiderschap mede gevormd door persoonlijke ervaringen met gezondheidsproblemen (‘showstoppers van de hoogste orde’) en met een lang verleden als doener-denker die maken dat Michael Rutgers de aanvoerder-gids is die zijn missie volkomen authentiek leeft. En vervolgens laat dóórleven bij vrijwel iedereen met wie hij in gesprek gaat. Hij is een verbinder, vernieuwer en aanjager pur sang.
 
Alle overwegingen beschouwend, is het daarom met groot genoegen - en in volle overtuiging na ampele beraadslagingen - dat de jury Michael Rutgers benoemt tot de belangrijkste en invloedrijkste verschilmaker in de wereld van doneren & sociaal investeren voor het filantropisch jaar 2020-2021.
 
Waarvan akte.
Amsterdam, november 2020
Don Akkermans, Marc van den Tweel en Edwin Venema,
Jury De Dikke Blauwe 100, editie 2020-2021    

Ga nu naar de nieuwe ranglijst: klik hier.

Hoe komt de DDB100 tot stand? 
 
>Longlist: De jury van de DDB100 werd voor deze zesde editie gevormd door een trio: allereerst uitgever en hoofdredacteur a.i. Don Akkermans. Verder Marc van den Tweel, directeur van Natuurmonumenten en columnist van De Dikke Blauwe: dat laatste, en zeker ook zijn jurylidmaatschap nadrukkelijk op persoonlijke titel. Tot slot oud-DDB-hoofdredacteur, publicist en filantropiekenner Edwin Venema. Zij waren eindverantwoordelijk voor samenstelling van zowel de longlist (de bruto-kandidatenlijst) als de definitieve ranglijst. De jury opereerde zonder last van ruggespraak. De longlist werd aangevuld met nominaties van lezers, die ze konden indienen via het onlinestemformulier op de website van De Dikke Blauwe. Zelfnominaties waren toegestaan. 
 
>Shortlist: de jury beoordeelde de longlist en gebruikte hiervoor de volgende drie wegingsfactoren: 
Wegingsfactor 1: - maximaal 40 punten: gerichtheid op maatschappelijke impact
Wegingsfactor 2: - maximaal 40 punten: innovativiteit
Wegingsfactor 3: - maximaal 20 punten: ‘open source-houding’, bereidheid tot kennisdeling
Op basis van de scores werd de shortlist samengesteld. Bij gelijke scores is een ex aequo-positie mogelijk. 
 
>Eindlijst: de jury beoordeelde in derde instantie de tien hoogste scores en stelde na ampele beraadslagingen de ranglijst, en dus ook de winnaar, definitief vast. De argumentatie voor de winnaar werd vastgelegd in een juryrapport (zie hierna bij de nummer 1 van de ranking); voor de overige kandidaten werd een beknopte rationale geschreven.
 
>Winnaar: valt een oorkonde en eeuwige roem ten deel, d.w.z. wordt opgenomen in de ‘Hors Categorie-lijst’ (zie deze lijst na de ranking). Er is aan de DDB100 (nog) geen geldprijs verbonden. Over de uitslag is geen correspondentie mogelijk. 
 
>Uitgesloten van deelname: alle medewerkers, experts, columnisten en vaste auteurs van Stichting Lenthe en De Dikke Blauwe, inclusief de jury uiteraard, en alle collega’s van de vakpers. 
 
>Wat de ranglijst niet is: de DDB100 is nadrukkelijk géén lijst met ‘grootste filantropen’. De lijst is bedoeld om die mensen in beeld te brengen die op de een of andere wijze maatschappelijke impact hebben gerealiseerd met geld (van zichzelf of van anderen), tijd of ideeën en daardoor een voorbeeldfunctie vervullen voor anderen die met private initiatieven of door bestuurlijke invloed een bijdrage leveren aan het algemeen nut.