Met het gevaar om als een slecht verliezer weggezet te worden voel ik toch de behoefte om even te reageren op de beoordelingen van de Transparantprijs.
Volgens deze wijze beoordelaars zijn wij het slechtste jongetje in de klas. Dat is op zijn zachts gezegd merkwaardig als je kijkt naar de weging van de criteria. Het zwaarst weegt het niet-financiële resultaat (30-35%). Ik durf gerust te stellen dat ons jaarverslag een van de weinige is dat juist tracht om zo kritisch mogelijk de outcome en impact weer te geven van onze activiteiten. Dat zie ik nagenoeg nergens op dergelijke schaal terug. Het beoordelen van de financiële resultaten (20-25%) is bij ons erg lastig want wij zijn de facto niet de vermogensbezitter. Daar zou dus in de beoordeling rekening mee gehouden dienen te worden. De communicatiewaarde van het verslag (15%) werd daarentegen hooglijk gewaardeerd. Ons beleid en dergelijke hadden we door middel van interviews in het verslag op eigen wijze vermeld maar dat werd niet opgepikt want daar scoorden we weer uiterst laag. Ik kan niet anders dan tot de conclusie komen dat we in de verkeerde wedstrijd spelen. Een ieder die ons kent weet dat we gedurende het jaar met diverse communicatiemiddelen berichten over ons werk en de resultaten er van. Dat is ook wat onze stakeholders willen: verantwoorden waar we mee bezig zijn en wat het oplevert. Ik heb dan ook besloten om aan die flauwekul niet meer mee te doen. Ik zou de vermogensfondsen willen oproepen om een impactprijs in te stellen met een onafhankelijke visitatiecommissie die zijn goddelijke gang mag gaan om ons soort maatschappelijk investeerders jaarlijks de maat te nemen. De Transparantprijs moet zich maar bezighouden met de wervende fondsen zodat de donateurs kunnen beoordelen of hun centjes daar terecht komen waar ze willen dat ze terecht komen.
Jos Verhoeven
Directeur Start Foundation