"Het laatste jaar laten wij duidelijk steeds meer van ons horen in Den Haag. En vooral nu in deze belangrijke periode vlak na het aantreden van het nieuwe kabinet", zegt Ronald Gorter.
De samenwerkende gezondheidsfondsen van de VFI (20) werven jaarlijks ongeveer 170 miljoen euro aan giften en donaties. Met dat geld subsidiëren zij een belangrijk deel van het medisch-wetenschappelijk onderzoek dat in Nederland verricht wordt. Daarnaast zijn de fondsen actief op het gebied van voorlichting en preventie. Bovendien heeft de maatschappelijke participatie van chronisch zieken en de ondersteuning van patiëntenorganisaties bij veel fondsen bijzondere aandacht.
Voor al deze activiteiten zijn de gezondheidsfondsen steeds belangrijker vanwege de terugtredende overheid. Door de bundeling van krachten willen de samenwerkende gezondheidsfondsen een belangrijk aanspreekpunt vormen voor de overheid en de verzekeraars.
Afstemming en Lobby
Gorter: "Het afgelopen jaar hebben wij ons nadrukkelijk in de discussie gemengd op het onderzoeksgebied. Met opgeteld ca. 80 miljoen euro als jaarlijkse investering in onderzoek zijn we een belangrijke partij en spreken zo met de andere partijen als de VSNU (Vereniging Samenwerkende Universiteiten) en NWO (Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek). Zo komen we tot meer afstemming over wat de belangrijke onderzoeksgebieden zijn en wie zich waar meer op concentreert. We maken daarbij ook gebruik van ieders expertise."
"Maar nu zijn we ook op de lijn gekomen om ons veel meer te bemoeien met het politieke debat," zegt Gorter. "We kunnen echt wat veranderen door dichter op Den Haag en Brussel te zitten. De preventieparagraaf is dan nu onze inzet in Den Haag".
Preventieparagraaf
Volgens Gorter was bij het vorige kabinet marktwerking het speerpunt. Bij het ministerie van VWS was preventie op het gebied van gezondheidszorg volledig naar de achtergrond verdwenen. Gorter: "Alles concentreerde zich op marktwerking van de verzekeraars en zorgaanbieders. Als gezamenlijke gezondheidsfondsen hebben wij besloten om de preventieparagraaf weer vol op de politieke agenda te krijgen. Hiervoor zijn we nu in gesprek bij het ministerie van VWS om drie punten van preventie voor het voetlicht te brengen.
Ten eerste het punt van , overgewicht en gezond gedrag. De Hartstichting, het Diabetesfonds, KWF Kankerbestrijding en anderen maken zich daar al jaren sterk voor. In het verband van de Sectie Gezondheidsfondsen willen we dat geluid versterken."
Daarnaast pleit Gorter voor nieuwe structuren voor preventiefinanciering. "Betere regelingen treffen naar verzekeraars toe zodat zij meer gaan investeren in preventie. Nu zijn verzekeraars erg terughoudend omdat zij dan kosten maken die zij later mogelijk niet terugverdiend zien. Door de ingezette marktwerking kunnen verzekerden namelijk makkelijker switchen."
"Tot slot willen wij de sociaal-economische gezondheidsverschillen meer onder de aandacht brengen. Binnen het aanstaande ‘grote steden beleid' moet ook gezondheid nadrukkelijk worden opgenomen. Huisvesting, leefstijl en gezondheid gaan hand in hand. Dit blijkt ook uit voldoende onderzoeken en gegevens zoals die door het NIGZ (Nationaal Instituut voor Gezondheidsbevordering en Ziektepreventie) verzameld zijn. In eenvoudige termen: mensen uit achterstandswijken gaan veel vaker naar een huisarts, leven korter en zijn gedurende hun leven langer ziek dan de Nederlander die financieel beter af is. Als fondsen willen we de gezondheidsachterstanden verkleinen en de samenleving heeft daar ook belang bij," zegt Gorter.
Overheid en goede doelen
Zijn wij een verlengstuk van het overheidsbeleid of maken wij onze eigen keuzes? "Dit is een eeuwigdurend debat binnen de fondsenwereld.en ieder fonds staat daar weer anders in. Er zijn fondsen die het accent leggen op lobby en politieke actie; anderen kiezen een duidelijke eigen onafhankelijke taakstelling en er zijn ook mengvormen. Van belang echter is dat je ook gezamenlijke doelstellingen hebt en daar kun je elkaar ook versterken. Wij willen als gezondheidsfondsen ons nadrukkelijk laten gelden in het politieke debat omdat wij een belangrijke speler zijn", aldus Gorter.