Huishoudens aan top
Giving in Europe is een eerste poging om filantropie in Europa in kaart te brengen door een schatting van bijdragen van huishoudens, fondsen, nalatenschappen, bedrijven en loterijen. De studie laat zien dat ‘huishoudens’ (inclusief nalatenschappen) de belangrijkste filantropiebron is (53%, €46 miljard), gevolgd door bedrijven (25%, €21.7 miljard), fondsen (19%, €16 miljard) and goede doelenloterijen (3%, €3 miljard).Nederlandse eindredactie
Het studierapport Giving in Europe komt voort uit ERNOP: een samenwerking van meer dan 200 wetenschappers uit meer dan 25 Europese landen die lid zijn van the European Research Network on Philanthropy. ERNOP wordt aangestuurd door ERNOP Executive Director Barry Hoolwerf, verbonden aan het Centrum voor Filantropische Studies van de VU in Amsterdam. Samen met prof. dr. Theo Schuyt verzorgde hij de eindredactie van de studie, die werd uitgegeven door social enterprise Lenthe in Amsterdam.Van Rompuy krijgt eerste exemplaar
De studie werd afgelopen vrijdag in Brussel feestelijk overhandigd aan Herman van Rompuy, voormalig voorzitter van de Europese Raad. Dat gebeurde tijdens het evenement ‘European Spring of Philanthropy’, georganiseerd door de Koning Boudewijn Stichting. Met de overhandiging aan (ex)Europees politicus Van Rompuy werd gesymboliseerd dat ERNOP vooral empirische data wil leveren die van invloed zijn op politieke besluitvorming, niet alleen op Europees niveau, maar ook op nationaal. Van Rompuy: 'There wouldn't be no Europe without philanthropy.'Filantropie is modern geworden

Giving in Europe demonstreert dat filantropie een moderne ontwikkeling doormaakt, gebaseerd op een eeuwenoud Europees fundament. Schuyt schetst hierbij de moeilijke opdracht: overheid, markt en filantropie dienen te werken elk vanuit eigen kracht en legitimiteit voor het algemeen belang. Dominantie van geen van deze drie pijlers is wenselijk volgens hem.
Hoolwerf als aanjager

We hebben stevig gelobbyd al in de tijd dat Balkenende nog premier was en wij via de Europese unie de handen op elkaar probeerden te krijgen voor financiering. Vooral de bankiers bleken geïnteresseerd. Ik was persoonlijk een vloeipapiertje verwijderd van een deal met Maurice Lippens van Fortis in Brussel; twee maanden later lag die bank op zijn gat. Weg kans. Daarna hebben we onze strategie gewijzigd. Met name Barry Hoolwerf heeft veel tijd gestoken in het benaderen van allerlei Europese koepels, ngo’s en en fundraisers. Daarna meldde zich nog een derde categorie geïnteresseerden: pollingbureau TNS NIPO. Met de oprichting van ERNOP, een samenwerkingsverband van Europese filantropie-onderzoekers, kwam alles in een stroomversnelling en begon het onderzoek vorm te krijgen. In die beginjaren heeft naast Barry - de spil in dit hele onderzoek - ook Pamala Wiepking (nu Erasmus, red.) een grote bijdrage geleverd.’