Duizelingwekkende grote giften VS in 2015

11 januari 2016
Opinie | | Filantropen

Alles in de VS lijkt groot, groter, grootst. Dat geldt ook voor filantropie, want wie het lijstje met Major donors (met een hoofdletter) van de Chronicle of Philanthropy over 2015 bekijkt, begint het te duizelen. Je zult als penningmeester maar een gift van ruim 600 miljoen dollar kunnen bijschrijven...
 
De ongetwijfeld meest besproken gift van het afgelopen jaar was die van Facebook-oprichter Mark Zuckerberg en zijn vrouw Priscilla Chan: 99% van de waarde van hun Facebook-aandelen, goed voor een bedrag van 45 miljard dollar. Maar de Chronicle heeft dat niet in zijn overzicht opgenomen omdat dit bedrag nog aan geen enkel specifiek doel is gekoppeld.
 
Op de eerste plaats staat een man die nog nooit in enige Forbeslijst van miljardairs prijkte, maar die in San Antonio en omgeving voorlopig niet meer stuk kan. Texaans zakenman John Santikos, die zijn fortuin maakte met Texas' grootste bioscoopketen, schonk na zijn dood maar liefst 605 miljoen dollar aan de San Antonio Area Foundation.
 
Tweede, ook met een niet kinderachtige schenking, staat hedgefund-miljardair John Paulson zijn echtgenote Jenny. Het echtpaar - goed voor 11,4 miljard - schonk 400 miljoen aan Harvard’s School of Engineering and Applied Sciences. De grootste gift ooit bijgeschreven door Harvard, het instituut waar Paulson in 1980 afstudeerde.
 
Op de derde plaats: een schenking van 177 miljoen dollar van Chuck Feeney’s 'Atlantic Philanthropies' aan de University of California in San Francisco en Trinity College in Dublin om een mondiaal Global Brain Health Institute te stichten voor onderzoek naar dementie.
daarmee was voor Feeney de koek nog niet op: zijn goede doelenfonds deed ook nog even 100 miljoen dollar in het potje van de University of California om haar Medische Centrum in Mission Bay te ondersteunen.
 
Chronicle vermeldt verder nog een rijtje indrukwekkende giften: tweemaal een schenking van 150 miljoen dollar en maar liefst vijf van 100 miljoen...
 
De vraag die overblijft is deze: hoe vergelijkt zich dit met Nederland? Het is een aloude kwestie die vooral appels met peren probeert te vergelijken. Nederland kent een veel gedempter (Calvinistischer) geefcultuur waarbij de schenker zoveel mogelijk anoniem wil blijven. Dat gebeurt tegenwoordig vanuit overwegingen van persoonlijke veiligheid traditioneel ook onder druk van een sterk egalitaire samenleving. De trend verschuift wel licht, maar The Pledge - de oproep van Gates en Buffet aan zeer vermogenden om de helft van hun vermogen publiekelijk voor goede doelen te bestemmen - heeft in Nederland nog geen weerklank gevonden.

Een structureler verschil is de financiering van het algemeen nut: in Nederland, ook bij een sterk terugtrekkende overheid, nog altijd aanzienlijk meer vanuit de collectieve middelen (belastingen), dan in de VS. Daar kunnen openbare diensten als onderwijs- en cultuurinstellingen niet of ternauwernood bestaan zonder private funding.
 
Een vergelijking tussen het percentage van het BBP dat aan goede doelen wordt geschonken tussen Nederland (iets minder dan 1%) en de VS (ongeveer 2%) kan gezien al deze factoren, waaronder ook de fiscale regimes, dus zeker niet tot de conclusie leiden dat Amerikanen vrijgeviger zijn dan Nederlanders.

Misschien wel dit: we zijn geen land van duizelingwekkende, filantropische stortbuien, eerder de natie van een fijne filantropaire motregen. In beide landen word je nat.