Veel mensen in ons land hebben het gevoel dat de samenleving verhardt, omgangsvormen verslechteren en dat toenemende diversiteit het samenleven onder druk zet. Uit nieuw onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) blijkt echter dat het vertrouwen dat mensen in elkaar en in instituties hebben gemiddeld genomen stabiel is en dat onze samenleving ook richting de toekomst tegen een stootje lijkt te kunnen. Maar die sociale samenhang is geen vanzelfsprekendheid. Achter het gemiddelde gaan grote verschillen tussen groepen mensen schuil.
Die verschillen zitten vooral in het type onderwijs dat mensen hebben gevolgd. Opleiding is meer bepalend dan leeftijd of migratieachtergrond voor het onderling vertrouwen, of mensen gaan stemmen en of zij bijvoorbeeld vrijwilligerswerk doen. De sociale samenhang in ons land vraagt dan ook om aandacht. Daarvoor zijn gelijkwaardigheid, ruimte voor ontmoetingen en gemeenschappelijke doelen van belang.
Sociale samenhang, ook wel sociale cohesie genoemd, gaat over de relaties tussen mensen onderling en tussen mensen en (overheids-)instituties. Als mensen zich betrokken voelen, onderling verbonden zijn en kansen hebben om actief deel te nemen aan het sociale leven, bevordert dat ook het gezamenlijk bereiken van maatschappelijke doelen. Het komt tot uiting in onder andere vertrouwen in anderen, vertrouwen in instituties (denk aan pers, bedrijfsleven, rechters, politie, ambtenaren of de Tweede Kamer), lidmaatschap van verenigingen, vrijwilligerswerk en stemmen bij de Tweede Kamerverkiezingen.
Nieuwsflits