Voor één centrale lobbyist lopen de belangen van de vermogensfondsen, de goede doelen en de kerkgenootschappen wel erg uiteen. Achter ieder SBF-lid schuilt namelijk een brancheorganisatie met leden in diverse soorten en maten en precies daar wringt het. Het behartigen van al die verschillende belangen van zo’n diverse achterban was al jaren een balancing act en bleek uiteindelijk een mission impossible.
Onoverzichtelijk
Op rij gezet. Het eerste SBF-lid, De Vereniging Fondsen in Nederland (FIN), vertegenwoordigt niet alleen vermogensfondsen in de klassiek zin van het woord. Onder de 360 leden bevinden zich ook hybride fondsen, fondsen die zowel vermogensfonds als fondsenwerver zijn. Daarnaast zijn er de universiteitsfondsen, corporate foundations en niet te vergeten de fondsen die investeren of beleggen in maatschappelijke doelstellingen.Het tweede SBF-lid, Goede Doelen Nederland, telt een kleine 250 erkende goede doelen. Ook deze filantropische organisaties – vooral geld wervende fondsen – vallen uiteen in zeer uiteenlopende categorieën. Om er een paar te noemen: armoedefondsen, culturele fondsen, fondsen gericht op internationale samenwerking, fondsen die opkomen voor op dierenwelzijn, gezondheidsfondsen, milieufondsen, klimaatfondsen, te veel om op te noemen.
Specifieke bepalingen
Tot slot het derde SBF-lid, het Interkerkelijk Contact in Overheidszaken. Achter dit CIO schuilt een twintigtal kerkgenootschappen. Variërend van het R.K. Kerkgenootschap tot de Protestantse Kerk in Nederland. En van de Koptisch-Orthodoxe Kerk tot de Verenigde Pinkster- en Evangeliegemeenten. Dit is het SBF-segment dat zich het minste roert in het openbare debat. Voor de kerkgenootschappen gelden in Den Haag specifieke bepalingen.De relatie tussen de SBF-leden en de overheid is moeizaam. Vermogensfondsen zijn autonoom en gewend om in de luwte te opereren. Vanuit die positie kunnen ze indien nodig snel handelen en risico nemen. Transparantie vinden ze een lastig woord. De kerken zijn evenmin natuurlijke bondgenoten van de overheid. Overheidsdienaren bemoeien zich niet of nauwelijks met de kerk en de dienaren van de kerk bemoeien zich niet met de staat.
Zelfregulering
Hoe anders is dat bij de Goede Doelen. Zij staan voortdurend onder de felle schijnwerper van CBF, de toezichthouder op goede doelen. Bovenop de wet- en regelgeving en de ANBI-eisen is er namelijk de Erkenningsregeling voor goede doelen als zelfreguleringsinstrument. In dit woud aan wetten en regels is SBF-lid Goede Doelen Nederland allergisch voor beperkingen voor fondsenwerving en barrières die de geefbereidheid van het publiek aantasten.Resumerend: SBF overkoepelt drie wel zeer wijd vertakte brancheorganisaties en is geen overzichtelijke gesprekpartner voor de overheid. En bij die overheid was in de afgelopen jaren sprake van een va-et-vient van coördinerend beleidsmedewerkers Filantropie. Met als slotsom dat filantropie in Ruttes vastgelopen participatiemaatschappij weliswaar onmisbaar is, maar tevens politiek onzichtbaar. Zal het nieuwe date-gedrag van SBF-leden het tij keren? Laat ze met al die wisselende contacten in elk geval oppassen voor venerische ziekten.
Bert Koopman is hoofdredacteur van Filantropie Platform DDB.